Er gaat weinig boven de geur van versgebakken pannenkoeken. Dat moment waarop het beslag de pan raakt, de randjes langzaam goudbruin kleuren en de eerste pannenkoek net niet perfect is, maar wel de lekkerste. Pannenkoeken bakken is niet zomaar koken, het is een ritueel. Een moment van rust, geur en gezelligheid dat je met iedereen wilt delen.
Ingrediënten (voor ca. 10 tot 12 pannenkoeken)
Pannenkoekenbeslag
- 250 gr bloem
- 1 snuf zout
- 2 eieren
- 500 ml melk
- 25 g gesmolten boter (plus extra om in te vetten)
Optioneel
- 1 tl vanillesuiker voor een zoete variant
- Of een snuf kaneel voor een warme smaak
Toppings
- Poedersuiker
- Stroop of honing
- Vers fruit, jam of chocoladesaus
- Eventueel een klontje boter
Benodigdheden
- Koekenpan
- Mengskom
- Garde of mixer
- Pollepel
- Spatel
Bereidingswijze
- Zeef de bloem en het zout in een kom.
- Klopt in een andere kom de eieren los met een beetje melk. Voeg dit toe aan de bloem en meng tot een glad beslag.
- Giet geleidelijk de rest van de melk erbij terwijl je blijft kloppen, tot het beslag mooi vloeibaar is.
- Roer de gesmolten boter erdoor en laat het beslag 10 minuten rusten.
- Verhit een klontje boter in de pan op middelhoog vuur en giet er een dun laagje beslag in.
- Draai de pan zodat het beslag zich gelijkmatig verspreidt.
- Bak de pannenkoek tot de bovenkant droog is en de onderkant goudbruin.
- Keer de pannenkoek om met een spatel en bak de andere kant nog kort tot hij perfect van kleur is.
- Herhaal tot al het beslag op is.

Serveer
Serveer de pannenkoeken warm, met poedersuiker, stroop of vers fruit. Liever hartig? Voeg kaas of spek toe in de pan voor een stevige variant. Of maak het feestelijk met een lepel kwark, banaan en honing. Wat je ook kiest, met een stapel dampende pannenkoeken op tafel breng je direct sfeer in huis.